Schiereilanden en Akureyri

Hallo daar!

Vanuit Borgarnes ging de reis gisteren landinwaarts, om Barnafoss (waterval) en Hraunfossar (watervallen) te bekijken, die naast elkaar liggen. We hebben inmiddels al talloze watervallen gezien, omdat de sneeuw nu overal sneeuw volop smelt, maar ondanks dat we er niet meer heel erg van opkijken, vonden we deze toch wel heel speciaal. Water kan op veel manieren vallen, maar met donderend geweld is het natuurlijk het meest spectaculair. Daarna hebben we in het noorden de kustlijn gevolgd van een schiereiland (bij Hvamstangi). We zijn gestopt om twee wandelingetjes te maken, één naar een punt met uitzicht op een zeehondenkolonie en één naar enorme rotspilaren in het water. Dat er geen asfalt lag, maar alleen gravel, maakte de rit nog iets avontuurlijker. En gelukkig scheen de zon ook nog eens lekker. ’s Avonds hebben we op aanraden van het reisboek (!) gegeten bij het tankstation, wat een soort ontmoetingsplek is, met een supermarkt en een cafetaria. Wat ons vooral opviel is dat hier veel softijs wordt gegeten. Dat is niet het eerste waar wij bij deze temperaturen trek in hebben. Maar blijkbaar is kou een relatief begrip en is het in de ogen van de IJslanders nu ook lekker bijna zomer.

Vandaag hebben we een groot deel van het volgende schiereiland (Tröllaskagi) bekeken. Alleen liet het weer ons dit keer een beetje in de steek (regen, wind, mist). We hebben dus vooral vanuit de auto gekeken naar de vissersdorpjes (lees: gehuchtjes). Overigens zijn deze niet zo heel schilderachtig; de huizen zijn met name degelijk en functioneel en een vrolijk kleurtje is vaak het enige mooie eraan. Een deel van onze route was een bergweg, waarlangs maar een paar boerderijen lagen. Op het erf stond bij het wagenpark meestal ook een sneeuwscooter, wat duidelijk maakte dat de sneeuw echt nog maar net van de weilanden verdwenen was. En op nog hogere plekken lag er zelfs nog een laag sneeuw van anderhalve meter dik. Maar aan al deze ontberingen kwam een eind toen we Akureyri bereikt hadden. Dit is de 2e stad van IJsland, met maar liefst 16.500 inwoners (net als Bladel, of 2x Hengelo (Gld)). Hier ligt het inmiddels beroemde vliegveld waar de vliegtuigen aankomen die niet bij Reykjavik kunnen landen in verband met de aswolken. Hier hebben we lekker vertoefd in het buitenzwembad, onder andere in de hotpots (heetwaterbadjes) van verschillende temperaturen. Heerlijk om weer even goed op te warmen. Verder hebben we het ‘nightlife’ van Akureyri verkend door naar de bioscoop te gaan. Morgen gaan we naar het oosten, richting Myvatn en daar blijven we 3 dagen. In de buurt zijn allerlei bijzondere ‘geotoeristische’ bezienswaardigheden, zoals bronnen en vulkanen, dus… wordt vervolgd!

Groetjes,
Mike en Marian